Je hebt je motorrijbewijs gehaald. Maar om een goede motorrijder te worden moet je eerst je eigen fouten leren kennen. Daarom geef ik hier een overzicht van de meest de gemaakte fouten zodat je ze kunt herkennen tijdens de motorrijlessen, maar ook later als je zelf gaat motorrijden.
- Rijden alsof elk wegdek hetzelfde is
In het begin zou je merken dat je motor op de verschillende wegdekken anders aanvoelt. Zorg daarom altijd voor een goed contact tussen je banden en de weg.
Als je bijvoorbeeld over een put rijdt weet je dat je voorzichtig moet zijn voor de schuine randjes. Maar de witte lijnen in de weg of de sporen in weg kunnen vaak net zo glad zijn. Probeer daarom het wegdek als het ware te “lezen”. Slipsporen in een bocht kunnen een indicatie zijn van een gevaarlijke scherpe bocht.
En hier nog een extra tip: Nieuwe banden kunnen in het begin glad zijn. Rij ze daarom rustig in. Neem daar 100 km de tijd voor.
- Te snel tussen het verkeer door rijden bij file
In de files zie je het heel vaak. Motorrijders die tussen de auto’s doorrijden. Wees hier voorzichtig mee. Wees constant op je hoede.
Kijk naar de wielen van de auto’s. Wisselen ze niet van rijstrook ?
De bestuurders. Kijken ze regelmatig in hun spiegels ? Draaien ze met hun hoofd ? Kijk naar de richtingaanwijzers !!
Als je een file voorbij gaat mag je passeersnelheid niet hoger zijn dan 10 km/h. Let hierop.
- Niet goed kijken bij het invoegen
Je kijkgedrag is heel belangrijk. Je instructeur zou je dit ook leren tijdens de rijlessen. Hou er rekening mee dat je helm heel veel zicht weghaalt. Je zou daarom met invoegen je hoofd helemaal moet draaien naar de invoegstrook. Door hier direct heen te kijken kan je alle risico’s zien.
- Indruk willen maken op je bijrijder
Heb je een bijrijder ? Probeer dan geen extra indruk te maken op hem of haar. Dat kan heel gevaarlijk zijn. Rijdt daarom soepel en ontspannen. En rustig aan met het gas geven en remmen. Anders botsen jullie met de helmen tegen elkaar. En dat is niet zo handig.
Met een bijrijder kan je meer achterrem gebruiken. Dit stabiliseert de motor en zorg ervoor dat je niet teveel in de vering duikt.
Bijrijders hebben een dramatisch effect op het gedrag van je motor. Snel rijden met een duopassagier achterop vergt dezelfde techniek als bij elke rit zonder duopassagier: soepel en ontspannen rijden. Rustig aan met het gas en met remmen. Ook zal je met een bijrijder minder snel slippen.
